Met IPC werken leerlingen aan hun zelfvertrouwen en ontdekken ze volop hun eigen talenten. Het is daarbij onmisbaar dat kinderen ook begrip voor elkaar leren hebben. Ze leren zich verplaatsen in de belevingswereld van hun klasgenootjes en in die van andere mensen, dichtbij en ver weg. Leren over normen en waarden – waarde(n)vol leren – is daarbij onmisbaar.
We nemen als voorbeeld de unit ‘Chocolade’. Bij het vak kunst ontwerpen leerlingen een verpakking. Bij geschiedenis wordt chocolade in een historisch perspectief gezet en leggen we de verbanden met het heden. Bij het vak natuur staat voedsel als brandstof centraal en bij aardrijkskunde worden kinderen uitgenodigd om te onderzoeken waar op aarde cacaobomen groeien.
Een IPC-unit is een overkoepelend thema waarin alle zaak- en creatieve vakken aan bod komen. De vakken staan bij IPC niet op zichzelf, maar zijn met elkaar verbonden. Leerlingen leren verbanden zien tussen de vakken, nemen actiever deel aan het onderwijs en leren denken vanuit verschillende invalshoeken.
In de klas krijgen alle kinderen werk aangeboden op hun eigen niveau, waarbij er tevens sprake is van het compacten van lesmateriaal. Op deze manier wordt er ruimte gecreëerd om de leerlingen extra uitdaging te kunnen bieden. Dit gebeurt door middel van verrijkingsmateriaal, in de vorm van verbreding en/of verdieping.
Op De Boomgaard zijn wij gericht op het opdoen van kennis en ervaring ten aanzien van de begeleiding van meer- en hoogbegaafde leerlingen. Mede om deze reden is er binnen de school een leerkracht als talentbegeleider werkzaam zijn. Zij specialiseert zich in de begeleiding van de kinderen die behoefte hebben aan meer uitdaging. De talentbegeleider ondersteunt tevens de leerkrachten bij de begeleiding van de meer- en hoogbegaafde kinderen in de reguliere klas.